Bad Romance klaar voor concurrentiestrijd

6 mei 2019

Een top-8. En maar één kan de beste zijn. In de Supersport (3,6 ton) is de concurrentie dit seizoen vlijmscherp. Elke misser kan fataal zijn. Daar is team Bad Romance zich maar al te goed van bewust. De mannen staan op scherp en bereiden zich optimaal voor op de competitie.

Het is voor Johan van Schoonhoven niet zijn eerste wedstrijd in de Supersport-klasse. Als lid van Bad Romance rijdt hij al ruim tien jaar in de klasse en kent de competitie op zijn duimpje. Hoewel de jarenlange ervaring in zijn voordeel werkt, is hij zich erg bewust van de concurrentie. “Het is de laatste jaren wel serieus geworden”, vertelt hij. “Er is een top-8 die echt aan elkaar gewaagd is. Wie vandaag eerste wordt kan morgen op de achtste plek eindigen en andersom. Dat maakt het extra uitdagend.”

Het team komt dit jaar uit met een Fendt 828, die volledige zwart is gespoten. De kleur van Bad Romance. “Dat hoort bij ons”, vertelt Johan. “Acht jaar geleden hebben we een nieuwe motorkap gekregen. Toen heeft de uitstraling ook een opknapbeurt gekregen. Sindsdien is er weinig meer veranderd. We kijken iedere winter alles na op slijtage. Dan beoordelen we of we nog een seizoen met de huidige onderdelen doorgaan. Afgelopen winter hebben we opnieuw de keuze gemaakt om de motor te behouden. En gaan er dit seizoen dus weer vol tegenaan.”


De leden van Bad Romance zijn dan ook goed voorbereid. “Voor zover mogelijk dan”, voegt Johan daaraan toe. “Je probeert natuurlijk van tevoren alles zo goed mogelijk op de rit te zetten, maar het succes is van zoveel factoren afhankelijk. Op de baan kun je pas echt zien wat je hebt. Een momentopname waarin je snel moet schakelen.”

Johan is niet de enige van zijn team die rijdt. Samen met twee andere leden wisselt hij de wedstrijden af. “Zo rijden we om en om”, vervolgt hij. “Stroe is één van de wedstrijden die ik graag zou willen rijden. Een fantastisch evenement om aan deel te nemen. En voor ons een thuiswedstrijd. We komen uit Lunteren dus zitten in Stroe mooi in de buurt. Dat is ook leuk voor onze achterban, want die kunnen makkelijk komen kijken. Bovendien zien ze dan niet alleen ons, maar alle klassen langskomen. Dat is erg gaaf.”